Financiën

Een bijdrage van ouders

Ouders maken op de meeste scholen in Nederland kosten voor de middagpauze en de lunch. Enerzijds moet er een bedrag betaald worden voor het overblijven en anderzijds heeft ook de inhoud van de lunchtrommel een financiële tegenwaarde. Wij hebben ouders in sessie zelf laten ontdekken wat de tegenwaarde van de lunchtrommel is. Gemiddeld genomen besteden ouders ongeveer €1,75 per dag aan een tussendoortje, de lunch en drankjes. De prijs die scholen vragen voor het overblijven verschilt sterk. Scholen met een continue – rooster vragen geen bijdrage of een kleine bijdrage per jaar, terwijl andere scholen tot wel €2,50 per leerling per dag vragen. In de situatie in Parkstad betalen ouders gemiddeld €1,- per kind per dag voor het overblijven. Als een school dus geen GBT is, betalen ouders per kind dagelijks al €2,75.
Omdat wij het van belang vinden dat de GBT een concept is waarbij alle gezinnen aan moeten kunnen sluiten, hebben wij de ouderbijdrage bepaald op €1,75. Daardoor gaan ouders dus netto minder betalen en krijgen ze meer (een gezond tussendoortje, een gezonde lunch, een actief tussenschools aanbod). 
Voor ouders die de bijdrage niet kunnen betalen, zijn lokale en regionale vangnetten (denk aan stichting leergeld, maar ook het lokale minimabeleid) om de kosten (deels) te dragen.

Het vullen van het tekort

Een eenvoudige rekensom leert dat, als ouders €1,75 per leerling per dag bijdragen aan het concept van de GBT, op een gemiddelde school van 250 leerlingen nog altijd een tekort blijf bestaan van €110.000,- per jaar. 
Onze ervaring leert dat de financiering van dit tekort een puzzel is die alleen op lokaal of regionaal niveau gelegd kan worden. Denk hierbij aan de volgende mogelijke bronnen:

In alle gevallen geldt dat deze financiering doorgaans tijdelijk is en niet zorgt voor een duurzame businesscase.

Wat doet de landelijke overheid?

Tot nu toe draagt de landelijke overheid niet bij aan de realisatie van de GBT. In december 2019 zijn Kamervragen gesteld over het realiseren van gezonde schoollunches op PO en VO scholen. Deze Kamervragen hebben geleid tot een onderzoek van het RIVM, Maastricht University, de stad Amsterdam en Wageningen universiteit, naar de haalbaarheid van dergelijke concepten. Het resultaat van dit onderzoek is in september 2020 beschikbaar en is van richtinggevend belang voor verder landelijk beleid.