Bewegend leren

Met bewegend leren bedoelen we fysiek bewegen in de klas naast of tijdens cognitieve leeractiviteiten, en bewegingsactiviteiten gekoppeld aan leren buiten de school. In de klas bewegend leren betekent dat cognitieve leeractiviteiten als instructie en verwerking van leerstof afgewisseld worden met bewegingsactiviteiten. Dit kan door bijvoorbeeld door tussen het leren door een aantal minuten fysiek bezig te zijn met dansen, springen of op een andere manier bewegen. Dit soort activiteiten worden ook wel energizers genoemd.
Bewegend leren in de klas tijdens het leren betekent bewegend optellen, vermenigvuldigen, spellen, leerstof herhalen et cetera.

Een rapport van het nationaal regio-orgaan onderwijsonderzoek (NRO) laat zien dat Bewegend leren een indirecte positieve invloed heeft op de leerresultaten van kinderen, omdat het een positieve invloed heeft op de hersenstructuur en hersenactiviteiten. Deze positieve invloed op de hersenen pakt goed uit voor de executieve functies. Die hebben onder andere te maken met planning, werkgeheugen, aandacht, en gedragsregulering. Leerlingen die daarin hoog scoren werken geconcentreerder op school, wat goed is voor de inzet tijdens het leren. En uiteindelijk pakt dat dus positief uit voor de leerresultaten, al is bewijs daarvoor nog beperkt. Het rapport vergelijkt het effect van bewegend leren voor kinderen. Anders dan je wellicht zou verwachten, zijn er aanwijzingen dat bewegend leren voor meisjes nog voordeliger is dan voor jongens.

Lees het hele rapport hier.